top of page

Tijd om te zwijgen, column Doorbraak, 27 november 2020

Bijgewerkt op: 28 aug. 2021

We moeten eens praten over een degelijk beleid rond grensoverschrijdend gedrag.

Ken je dat? Je komt op een sollicitatiegesprek waar je zolang naar hebt uitgekeken, waar je je grondig op hebt voorbereid. En plots vraagt de potentiële werkgever wat jij, als verpleegkundige, zou doen in het operatiekwartier als een chirurg agressief, grof en seksistisch uit de hoek zou komen. Wat zou je reactie zijn?


En dan kijken twee paar ogen geïnteresseerd naar jouw ogen die stomverbaasd met een frons terug staren. ‘Is dit echt?’, vragen mijn ogen. Zonder een krimp te geven, halsstarrig, alsof het een wedstrijd wie het langste kan staren zonder te knipperen met de ogen is, wachten mijn potentiële werkgevers op mijn antwoord.


Flexibiliteit op de werkvloer


‘Ik zou het niet accepteren. Ik zou het luid en duidelijk aanklagen. Misschien zou ik hem zeggen dat dat de eerste en laatste keer was dat hij op die manier tegen mij had gepraat. En ik mag hopen dat jullie dan als leidinggevenden beschikbaar zijn om naar mijn verhaal te luisteren, dit incident aankaarten bij de chirurg en zijn gedrag corrigeren’.


De stilte domineerde de ruimte waar het gesprek plaatsvond. Ik kon de zware ademhaling van de clustermanager goed horen, de zorgmanager noteerde en keek bedenkelijk naar de muur recht tegenover hem. Ik volgde zijn ogen en keek ook naar de gifgroene muur in de hoop daar het juiste antwoord te vinden.


'Maar is je reactie niet een beetje overdreven?’

‘Dit is de eerste keer dat we zo’n antwoord horen van een sollicitant. Meestal antwoorden de sollicitanten dat de chirurgen onder zware stress staan en dat het begrijpelijk is dat ze op die manier reageren op stresssituaties. Jij bent best assertief en dat hoort ook zo in het operatiekwartier. Maar is je reactie niet een beetje overdreven?’


‘Is jullie vraag niet een beetje jammer? Ik verwachtte kennisvragen, ik heb mij voorbereid. Ik weet bijvoorbeeld wat de klassieke anesthetica zijn. Is dat niet belangrijker dan het lomp gedrag van een chirurg?’


‘Ja ja, dat leer je sowieso in het operatiekwartier. Ik maak mij gewoon zorgen dat je midden in een operatie de chirurg zal tegenspreken. Dat je vergeet in welke context we zitten en dat je een discussie zal uitlokken terwijl de chirurg zich moet concentreren op zijn patiënt. En jouw taak is dan gewoon slikken en doorgaan, de patiënt verder monitoren. Ik vrees gewoon dat je de maturiteit niet zal tonen om de operatie mee in goede banen te leiden. Want ook dat is flexibel zijn, mevrouw Akbas.’


Strijden tegen goden


Tot mijn verrassing kreeg ik de job maar ik weigerde vriendelijk. Ik had geen zin om te werken met mensen die lomp seksistisch gedrag normaliseren. Ik herinner mij ooit een vrouwelijke anesthesiste met wie ik het goed kon vinden in het operatiekwartier en een chirurg die uiteraard onder zware druk stond (hoe kan het ook anders?). Hij schold een verpleegkundige uit voor ‘nutteloos kalf’ en ‘enkel goed om te zogen’. We zwegen allemaal.


'Je kan niet strijden tegen goden'

De volgende dag hield de anesthesiste mij tegen in de traphal. ‘Was je geschrokken van het gedrag van de chirurg gisteren? Je kan niet strijden tegen goden, Pinar. Want zo worden ze ook behandeld door het management. Gelukkig heeft de jonge lichting chirurgen manieren’.


De grenzen aftasten, de fatsoensnormen overschrijden en daarna de maturiteit van een vrouw in twijfel trekken. De maturiteit van de leidinggevende in een machtspositie wordt nooit ter discussie gesteld. Hoe vaak heb ik dat wel niet meegemaakt in mijn 21-jarige loopbaan?

  • Neem ontslag.

  • Maak daar toch geen spel van.

  • Moet je alles zo serieus nemen?

  • Mannen zijn nu eenmaal zo.

  • Was jouw reactie niet een beetje overdreven?

  • Het ene oor in, het andere weer uit.

  • Speel het spel gewoon mee.

  • Had je je regels die dag?

  • Ben je depressief?

  • Je klinkt bitter.

  • Het ligt niet aan jou maar…

  • Je bent onzeker.

  • Ja, wat doe je eraan?

  • Je bent veel te assertief.

  • Je bent veel te defensief.

  • Choose your battles.

  • Verspil je energie niet aan die mensen.

  • Je bent beter dan dat.

  • Je gooit je eigen ruiten in.

  • Jij bent altijd al zo geweest, ja gevoelig voor onrechtvaardigheid enzo…

  • Vrouwen zijn ook geen doetjes, hoor.

  • Heeft hij dat echt zo gezegd?

  • Dat heet dan van een mug een olifant maken.

Jeanne d’Arc


Goedbedoelde adviezen liepen gepaard met vrouwonvriendelijke clichés en verwijten uit de mond van mannen én vrouwen. Dus je besluit dat het daarom misschien beter is om je te wenden tot de vakbond. U weet wel, de belangenbehartiger van de werkende mens, deskundigen in conflicten met werkgevers die kunnen optreden als bemiddelaar.


Na welgeteld vijftien (!) mails van jouw kant krijg je dan het advies om op ziekteverlof te gaan en je hoofd leeg te maken. Om even afstand te nemen van de situatie om alles eens op een rijtje te zetten. De huisarts, je omgeving, je collega’s raden je aan om even te bekomen van de stress en met een fris hoofdje terug te keren naar het werkveld. Terwijl je weet dat er niets zal veranderd zijn bij je terugkomst.


'Niemand dweilt, iedereen moddert gewoon maar wat aan.'

Wie creëert die goden? Zijn wij niet collectief verantwoordelijk voor de maatschappelijke hiërarchie waar we de ego’s in stand houden? Alle richtlijnen tegen grensoverschrijdend gedrag ten spijt is het dweilen met de kraan open. Het voelt zelfs niet aan als dweilen. Niemand dweilt, iedereen moddert gewoon maar wat aan.


We klagen de patriarchale samenlevingsvormen in verre landen aan omdat ons dat beter uitkomt. Het zijn dominante culturen die vrouwenrechten schenden en we moeten die hulpeloze vrouwen ginds redden, menen we. We zijn de Jeanne d’Arcs van de fluwelen strijd der geslachten in het westen. Op papier excelleren we. In de praktijk leggen we de lat laag.


Een chronisch defect


De laatste keer dat ik werd geconfronteerd met grensoverschrijdend gedrag leek mijn wereld in te storten. Is dit nu nog altijd gaande, vroeg ik mezelf af. En ik luisterde naar mijn hart dat ondertussen in duizend stukken is gebarsten. Geen enkele ingreep kan dit chronische defect nog herstellen, bedacht ik. ‘Ik leg ze op tafel, hou jij haar handen vast!’, is de meest recente, walgelijke uitspraak van een leidinggevende over mij. En ik kreeg alweer dezelfde adviezen en verwijten te horen. Goede vrienden lachten het weg door instructies te geven over een of andere karategreep.


'En soms vraag je je af of een gesprek met je vrouwelijke leidinggevenden soelaas kan brengen'

Wij reageren soms ook met ongeloof op de omstandigheden: ‘Moet mij dit weer overkomen!’ Soms denken we dat een goed gesprek de gemoederen kan bedaren, zelfs kan verbeteren. En soms vraag je je af of een gesprek met je vrouwelijke leidinggevenden soelaas kan brengen, van vrouw tot vrouw.


Maar wat haalt het uit als die vrouwelijke leidinggevenden het systeem mee voeden, in stand houden en zelfs hun medewerksters wijzen op hun zogezegde irrelevante gevoeligheden die niet passen op de werkvloer. Het werk gaat voor, het algemeen welbevinden van een medewerker is secundair voor die mensen.


Beroepsintegriteit


Soms probeer je het spel gewoon mee te spelen. Je bedenkt dat die leidinggevende die avances maakt op je wel zal ophouden als je even lief glimlacht en de spontane massages op je schouders ondergaat. Je vraagt aan je vrouwelijke collega’s of hij dat ook bij hen doet. En dan word je daarop spottend de lieveling van de baas genoemd.


'Het is het cynisme van het loonstrookje.'

Terwijl je juist hebt aangegeven dat je je niet veilig voelt bij die baas. Het is het cynisme van het loonstrookje. Het is de prijs die je moet betalen voor je economische onafhankelijkheid. Het betaalt de rekeningen en we kunnen onze frustraties ombuigen in maandelijkse koopwoedes.


En ondertussen vreet het aan je: heel je beroepsintegriteit is aangetast, je beroepsfierheid wankelt en je twijfelt aan jezelf. Gedurende 21 jaar heb je hard geploeterd om te staan waar je nu staat en je moet nog 26 jaar in de jungle waar de ware strijd der geslachten zich nog altijd afspeelt. Sommigen zwijgen en ondergaan het. Sommigen spelen het spel inderdaad mee.


De eerste helft van mijn carrière is gepasseerd met veel strijd. Ik ben moe, het vuur is uitgedoofd. De tweede helft zal ik het over een andere boeg gooien. Ik zal zwijgen.





5 weergaven0 opmerkingen

Gerelateerde posts

Alles weergeven
bottom of page